Hoe start je met wildplukken? Mijn 5 tips en adviezen

In de lente gaan veel wildplukkers op pad. De vlier staat in bloei, de eerste bosaardbeitjes verschijnen en als je geluk hebt, vind je zelfs een wilde kers. Het is superleuk om met een mandje op stap te gaan, maar het is wel belangrijk dat je de regels kent en volgt. Ik geef je tips en adviezen waarmee je veilig én duurzaam wildplukt.

wildplukken

Wildpluk met mate

Zie je ergens een mooie bramenstruik? Pluk hem dan niet helemaal leeg, maar laat altijd meer dan genoeg hangen. Niet alleen voor andere wildplukkers, maar ook voor de dieren. Een goede vuistregel is: pluk 10 procent van wat er staat.

Pluk altijd met respect voor de natuur en alleen voor eigen gebruik. Hier zijn in natuurgebieden duidelijke regels voor. Binnen de gebieden van Staatsbosbeheer wordt het plukken van maximaal 250 gram (een klein champignonbakje) voor eigen gebruik gedoogd.

Veiligheid voorop

Natuurlijk kun je niet zomaar alles uit de natuur eten. Informeer je daarom goed over wildplukken. Schaf bijvoorbeeld een veldgids aan of download een app voor je telefoon. Hierin staan alle planten duidelijk beschreven en kun je lezen of je te maken hebt met een eetbare plant. In het begin is dit best wel spannend. Start met planten die je al kent en makkelijk herkenbaar zijn, zoals bijvoorbeeld de braam, vlierbloesem en madeliefjes. Voeg telkens een goed herkenbare plant toe. En ken je een ervaren wildplukker? Ga dan een keer mee en leer de kneepjes van het vak. En onthou de volgende regel goed: bij twijfel niet plukken!

Let op de plukhoogte en weet waar je plukt

Wil je geen hondenplas aan je braampje? Pluk dan wat hoger. Niet alleen honden, maar ook vossen en andere bosdieren kunnen je oogst flink vervuilen. Let daarom op dat je boven kniehoogte plukt. Misschien is dit een inkopper, maar ik zeg het toch: pluk geen bramen langs de snelweg, vanwege de vele uitlaatgassen. Pluk ook niet bij industriegebieden en begraafplaatsen, want daar is grond vaak vervuild.

Maak een plan

Als je fruit, bladeren of bloesem plukt is het belangrijk dat je deze snel verwerkt in een lekker gerecht. De kwaliteit van je versgeplukte oogst gaat snel achteruit. Maak daarom altijd een plan voor wat je met de wildpluk gaat doen. Hoe doe je dat? Loop eens een rondje in de buurt en kijk wat er allemaal staat. Bedenk eerst wat je hiermee kunt doen en pluk daarna de hoeveelheid die je nodig hebt. Zo maak je van de jonge bladeren van de brandnetel een heerlijke soep.

Kleed jezelf goed aan

Wildplukken doe je niet in je korte broek, omdat je vaak door het hoge gras moet lopen. Trek een lichte, lange broek aan, zodat je niet gestoken of gebeten wordt door verstopte beestjes. Daarnaast ben je zo beter beschermd tegen teken en muggenbeten.

wildplukken vlierbloesem

Wilde planten om mee te beginnen

Hieronder geef ik je een aantal herkenbare en bekende planten, waarmee je als beginner veilig aan de slag kunt.

Vlierbloesem

Vlierbloesem verschijnt in april en mei. Je herkent de bloesem aan de typische geur en duidelijke schermen. Deze lopen niet rond, maar redelijk recht. Pluk de bloesem in de ochtend en zet hiermee een heerlijke thee of maak vlierbloesemlimonade.

Bramen

In de zomer zijn er veel wilde bramen te vinden. Neem tijdens je wandeling een bakje mee en pluk de mooie exemplaren. Zijn ze zacht en laten ze makkelijk los? Dan zijn ze goed rijp en heerlijk zoet!

Paardenbloemen

Wist je dat je paardenbloemen kunt eten? De bekende gele bloem smaakt kruidig. Je verwerkt hem in een lentesalade, maar je kunt er ook jam en limonade van maken. Belangrijk: je kunt de bloemen alleen eten voordat de zaden verschijnen. Het leuke is dat de paardenbloem overal verschijnt: tussen de tegels in je tuin en aan de rand van slootjes.

Dit artikel kan betaalde links en/of affiliate links bevatten, wij plaatsen alleen aanbevelingen waar wij zelf achter staan.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *